Bezig met laden...

Rechtelijke uitspraken over het voorzorgsbeginsel | VersterkingVTH | Versterking VTH

home "»" Communities "»" VersterkingVTH "»" artikelen "»" Rechtelijke uitspraken over het voorzorgsbeginsel
VersterkingVTH

Verlaat Community:

Weet je zeker dat je je lidmaatschap wilt verwijderen van

Word lid van deze Community:

Lid worden van deze community?

Navigatie-item bewerken

Vereist De naam die in de navigatie van de Community verschijnt.
Vereist
Vereist
Vereist De url kan verwijzen naar een interne of externe webpagina.
 
Login als je wilt volgen, delen of deelnemen in deze Community.
Nog geen lid?Registreer NU
Foto van Bryan Garces op Unsplash Rechtelijke uitspraken over het voorzorgsbeginsel

Rechtelijke uitspraken over het voorzorgsbeginsel

 /5
0 (0stemmen)

De laatste tijd komen er regelmatig uitspraken voorbij over het voorzorgbeginsel.

 

  1. Een leliekweker die geen gewasbeschermingsmiddelen mag gebruiken (ECLI:NL:RBNNE:2023:2333), wat in turbospoed appel deels wordt herzien naar een verbod waarbij 4 producten wel gebruikt mogen worden (ECLI:NL:GHARL:2023:5742).

 

  1. Op 19 juli 2023 is de uitspraak ECLI:NL:RVS:2023:2791 van de Raad van State gepubliceerd.
    De gemeente Enkhuizen heeft een bestemmingsplan herzien om een geitenhouderij nabij woningen (2km) niet meer mogelijk te maken op basis van het voorzorgbeginsel.

Let op dat hier het beoordelingskader de Wro is.

 

Relevante overwegingen 

Het effect dat veehouderijen op de volksgezondheid kunnen hebben, is een belang dat in het kader van de ruimtelijke ordening mag worden betrokken. Voor zover dit effect onzeker is en nader onderzoek nodig is, mag bevoegd gezag ertoe besluiten om uit voorzorg bepaalde ontwikkelingen planologisch niet toe te staan. Het beoordelen van een voor de maatschappij al dan niet aanvaardbaar risico is primair een bestuurlijke taak. Deze beleidsruimte geeft de ruimte om wegens mogelijke gezondheidsrisico’s van een activiteit, die activiteit uit voorzorg planologisch niet toe te laten.

De keuze van de raad om bij gebreke van algemeen aanvaarde wetenschappelijke inzichten over de gezondheidsrisico’s van veehouderijen aan te sluiten bij de hiervoor beschikbare adviezen en rapporten, is naar het oordeel van de Afdeling voldoende gemotiveerd. Voor dat oordeel is van belang dat rekening is gehouden met de belangen van de geitenhouderij. De stelling dat het genoemde GGD-advies geen algemeen aanvaard wetenschappelijk inzicht bevat over een te hanteren afstand tussen een veehouderij (geitenhouderij) en woningen, maakt niet dat de raad deze keuze niet had mogen maken.

 

Voor meer informatie kunt u terecht bij Stefan Kortekaas (stefan.kortekaas@minienw.nl) 

Opmerkingen (er zijn nog geen reacties)